Sandra Lange benadert de kunstervaring als een ingang om sociale transformatie teweeg te brengen. Het werk is geworteld in een frictionele crip creatieve praktijk die gevestigd is in Nederland. Het initiëren van interactieve uitwisseling over onderwerpen die de samenleving liever negeert is de kerntaak, dit gebeurt in samenwerking met internationale collega’s.
Het woord ‘frictie’ verwijst naar de frictie die gepaard gaat met het bespreekbaar maken van sociaal onrecht en structurele ongelijkheid. In deze praktijk wordt frictie gezien als een waardevolle strategie om gesprekken tot stand te brengen. Bijvoorbeeld over de grote verschillen bij het waarderen van kennis; in onze samenleving worden sommige mensen automatisch als autoriteit gezien op basis van hun gender, huidskleur, culturele achtergrond of mobiliteit, terwijl anderen systematisch ongegrond gewantrouwd worden of geïnfantiliseerd.
Het woord ‘crip’ komt van crippled; van oudsher een scheldwoord, maar sinds de jaren zeventig van de twintigste eeuw is het woord in het Engelse taalgebied geclaimd door mensen die persoonlijke ervaring hebben met chronisch ziek zijn en/of het leven met een handicap. Het woord verwijst naar een identiteit gebaseerd op kennis opgedaan door het functioneren met een niet-normatief lichaam, maar ook naar de gemeenschap, het culturele archief en het theoretische kader die daar vervolgens weer uit is voortgekomen.
Sandra identificeert zich (onder andere) als ‘crip’ vrouw, activist, kunstenaar en onderzoeker. Het ‘crip’ aspect van haar leven maakt haar ook lid van een gemeenschap die nooit fysiek samen komt, de protestbeweging ‘occupy bedroom’. Hamja Ahsan schreef in zijn boek Shy Radicals (2017) over hoe mensen die chronisch ziek zijn in verzet kunnen komen tegen ontwikkelingen in de samenleving, door via de huidige technologie online van zich te laten horen en daarmee vanuit een sociaal geïsoleerde positie het activisme kunnen hacken.